De tien plagen – tarotlegging voor Pesach

Op het Pesachfeest vieren Joodse religieuze mensen dat ze bevrijd werden uit Egypte waar ze slaven waren van de farao. Toen de farao het Joodse volk niet weg wilde laten gaan uit Egypte stuurde de Eeuwige, de God van het Joodse volk, 10 plagen naar Egypte. Na de tiende plaag liet de farao het volk gaan en waren ze vrij. Met Pesach wordt dit gevierd met een viering en een maaltijd.

In het kabbalistische Jodendom wordt de bevrijding uit Egypte beleefd als een proces wat zich ook binnen een mens afspeelt. Dit is het uitgangspunt voor deze tarotlegging. In deze tarotlegging zend je 10 plagen naar jouw innerlijke  farao. 

Je innerlijke farao is iets in jezelf dat je dat je onvrij maakt en dat hardnekkig weigert om je vrij te laten. De 10 plagen helpen om jezelf te bevrijden van je farao. Je bevrijdt je door de farao te te pesten, net zolang tot hij genoeg van je heeft en je vrijlaat. De tarotlegging bestaat uit 11 kaarten. Je begint met kaart 1 te trekken, de kaart die jouw innerlijke farao vertegenwoordigt. Pas als je die geduid hebt trek je de andere kaarten. Met de 10 andere kaarten, kaart 2 tot 11, pest je de farao. Plaag en sar je farao tot je vrij bent!       

          Legpatroon

2    3    4    5   6   7   8   9  10  11

1


Kaart 1: Je innerlijke farao

De kaart die je hier trekt vertegenwoordigt jouw innerlijke farao. De kaart laat zien wat je onvrij maakt. Dit kan een destructieve houding zijn, angst, wrok of een strenge norm die je jezelf oplegt. Het is belangrijk dat je bij jezelf herkent wat je op de kaart ziet en dat kort in eigen woorden kunt zeggen, zodat je de plagen goed kunt duiden. De vraag waarbij je deze eerste kaart trekt luidt: wat maakt mij onvrij?


Kaart 2: De eerste plaag, bloed

Bij de eerste plaag strekt Aäron zijn staf over het water en slaat erop terwijl de farao toekijkt. Al het water van Egypte verandert  God in bloed. Het water in de bronnen en de beken, tot in de waterbakken aan toe, wordt bloed. Het kan niet meer gedronken worden (Exodus 8: 14-25). Het water brengt de dood in plaats van fris, nieuw leven. De kaart die je hier trekt laat een manier zien waarop jouw farao zich niet vernieuwen kan. De vraag om een kaart bij te trekken luidt: hoe kan ik ervoor zorgen dat mijn farao zich niet vernieuwen kan?

Kaart 3: De tweede plaag, kikkers

De farao weigert het volk te laten gaan. Daarom stuurt God een kikkerplaag. Aäron strekt zijn arm uit boven het water en dan komen er kikkers uit. Heel Egypte wordt door kikkers bedolven (Exodus 7:26-8:11). Kikkers springen en maken je aan het schrikken. De vraag om een kaart bij te trekken luidt: wat maakt mijn farao aan het schrikken?


Kaart 4: De derde plaag, muggen

De farao weigert nog steeds het volk te laten gaan. Daarom stuurt God een muggenplaag. Al het stof in Egypte verandert in muggen en bedekken mensen en dieren (Exodus 8: 12-15). Muggen jeuken en irriteren. De vraag om een kaart bij te trekken luidt: wat irriteert mijn farao?


Kaart 5: De vierde plaag, steekvliegen

Weer weigert de farao weigert het volk te laten gaan. Bij de vierde plaag stuurt God steekvliegen die tot in alle huizen van de Egyptenaren doordringen (Exodus 8: 16-28). Trek een kaart bij de vraag: wat steekt mijn farao?


Kaart 6: De vijfde plaag, veepest

De farao weigert nog een keer het volk te laten gaan. Bij de vijfde plaag stuurt God veepest. De dieren in Egypte gaan dood (Exodus 9: 1-7). Dieren dienen als voedsel. Vraag om een kaart bij te trekken: wat zorgt ervoor dat mijn farao geen voeding krijgt?


Kaart 7: De zesde plaag, etterende puisten

Nog altijd weigert de farao het volk te laten gaan. Bij de zesde plaag nemen Mozes en Aäron ieder een handvol as uit de oven en gooien dat voor de ogen van de farao in de lucht. Het stof dwarrelt overal neer en in heel Egypte krijgen mens en dier etterende puisten (Exodus 9: 8-12). Vraag om een kaart bij te trekken: wat maakt mijn farao ziek?


Kaart 8: De zevende plaag, hagel

Weer weigert de farao het volk te laten gaan. Bij de zevende plaag strekt Mozes zijn arm naar de hemel en gaat het hagelen. De hagel valt neer op mens, dier en plant. Al het vlas en de gerst op het land worden vernield (Exodus 9: 13-35). Vraag om een kaart bij te trekken: wat vernietigt de oogst van mijn farao?


Kaart 9: De achtste plaag, sprinkhanen

De farao volhardt in zijn weigering het volk te laten gaan. Dan strekt Mozes zijn arm uit over Egypte laat God  de wind naar het oosten draaien. Met die oostenwind komen sprinkhanen mee. Het zijn er zoveel dat er geen enkel stukje grond onbedekt is. De zwermen sprinkhanen eten het weinige op dat is overgebleven na de hagel. Ook vreten ze de bomen kaal die weer waren uitgelopen, zodat nergens nog iets groens te zien is (Exodus 10: 1-20). Vraag om een kaart bij te trekken. wat vernietigt de oogst die nog is overgebleven na de plaag van de hagel?


Kaart 10: De negende plaag, duisternis

De farao blijft volharden in zijn weigering. Dan strekt Mozes zijn arm uit over Egypte en zendt God duisternis. Het is zo donker dat je het duister kunt voelen. De Egyptenaren kunnen elkaar niet zien en ze kunnen geen stap verzetten (Exodus 10: 21-29). Vraag om een kaart bij de trekken: wat maakt dat mijn farao niets kan doen?

Kaart 11: De tiende plaag, alle eerstgeborenen sterven

Nog steeds laat de farao het volk niet gaan. God doodt dan de alle eerstgeborenen, de oudste van ieder gezin, en de eerstgeborenen onder het vee. Er was geen huis zonder dode (Exodus 11:1-12:40). Dan laat de farao het volk gaan. Vraag om een kaart bij te trekken: wat treft mijn farao het hardst, zodat hij mij laat gaan.


Afsluiting

Kijk tot slot wat de kaarten samen zeggen over de manier waarop jij je bevrijden kan van je innerlijke farao.

© Berthe van Soest

Naar lenteleggingen
Naar hulp en groei
Naar tarotleggingen
Naar homepage